“Je moet er écht voor willen gaan” – Begeleiding van anderstalige verpleegkundigen in WZC Morgenster | Trefpuntodi
Alle nieuws

“Je moet er écht voor willen gaan” – Begeleiding van anderstalige verpleegkundigen in WZC Morgenster

Gepubliceerd op 19-05-2025

Indiase verpleegkundige

In woonzorgcentrum Morgenster van de Avida groep in Sijsele, West-Vlaanderen werkt men sinds enkele jaren met Indiase verpleegkundigen via het project Aurora. Deze zorgverleners komen naar België met een duidelijk doel: zich opwerken tot volwaardig verpleegkundigen in Vlaanderen. Ze zijn bereid daarin te investeren: Deze verpleegkundigen volgen eerst zes maanden intensieve Nederlandse les in India, daarna een jaar opleiding en werkervaring in België. Tijdens dat overgangsjaar draaien ze al mee als zorgkundige in het woonzorgcentrum. Cindy Bourguignon is afdelingshoofd in Morgenster en vertelt over de inspanningen die zij en haar team doen om deze collega’s te ondersteunen – en wat dit vraagt van de organisatie.

Succesfactoren op de werkvloer: motivatie, taal, begeleiding en teaminzet

Motivatie is volgens Cindy dé eerste succesfactor. “Deze mensen wíllen echt. Ze nemen veel op zich en tonen inzet vanaf dag één. Als organisatie moeten we daar dan ook mee aan de slag en hen de juiste ondersteuning bieden.”

Toen de eerste Indiase collega’s startten, was het duidelijk dat hun taalniveau Nederlands nog niet voldeed om zelfstandig te functioneren. “Mocht iemand met dat niveau hier spontaan solliciteren, zouden we normaal gezien de kandidatuur niet weerhouden.” Toch kozen ze er bewust voor om in te zetten op begeleiding en ondersteuning, omdat de nood aan personeel hoog is én omdat deze mensen gemotiveerd en leergierig zijn. Een tweede belangrijke succesfactor was dan ook de taalondersteuning op de werkvloer. “We beslisten dat er zoveel mogelijk Nederlands gesproken moest worden – geen Engels, tenzij strikt noodzakelijk. We vroegen collega’s om uitleg te laten herhalen in het Nederlands. Op die manier oefenen ze constant.” Cindy nam hierin zelf het voortouw: “Ik bleef consequent in het Nederlands communiceren. Je merkte ook dat de taalontwikkeling sneller ging op afdelingen waar daar strikt op werd toegezien.”

Ik bleef consequent in het Nederlands communiceren. Je merkte ook dat de taalontwikkeling sneller ging op afdelingen waar daar strikt op werd toegezien. Cindy Bourguignon

Verder werd er ingezet op persoonlijke begeleiding. Mentoren kregen een opleidingsdag om hen te leren omgaan met anderstalige collega’s. En Cindy zelf begeleidde de anderstalige collega’s vaak bij verpleegtechnische handelingen, stap voor stap, in eenvoudige taal. “Het belangrijkste is dat ze fouten mogen maken, dat je hen vertrouwen geeft en tijd om te groeien.”

Een externe taalcoach van Mentor droeg eveneens bij tot het succes. Ze kwam tien keer langs, observeerde op de werkvloer en haalde moeilijke woorden of dialect uit gesprekken om samen te bespreken. “Dat hielp hen enorm om het West-Vlaams te begrijpen – en om zelf meer durf te krijgen in het spreken.”

Ook de inzet van het hele team maakte een verschil. “We hebben duidelijke afspraken gemaakt en collega’s gemotiveerd om bij te dragen aan het leerproces. Dat groepsengagement maakt dat ze zich welkom en gesteund voelen.”

Indiase verpleegkundige

Van individuele inzet naar structurele verankering

Cindy ziet de evolutie die haar Indiase collega’s hebben doorgemaakt als een duidelijk bewijs dat begeleiding loont. “Ze zijn zelfstandiger, sterker in de omgang met bewoners en meer zelfzeker. Maar het vraagt tijd, energie en een echt engagement van het team én het beleid.”

Daarom pleit ze voor structurele verankering als volgende stap.

“De taalcoaching stopt nu na een beperkt aantal sessies, terwijl net de opvolging cruciaal is. Maandelijkse ondersteuning zou veel opleveren. En elk woonzorgcentrum binnen onze groep pakt het anders aan – een gemeenschappelijk beleid zou de aanpak versterken.”

Tot slot benadrukt ze opnieuw de sleutel tot succes: “Je moet echt willen investeren. In tijd, in vertrouwen, in begeleiding. Als je dat doet, krijg je er gemotiveerde en loyale medewerkers voor terug – mensen die van betekenis zijn voor onze bewoners.”